Neem nu Neem nu een man als Tinus Dezentjé (1797-1839). Een legende, bij leven al. En dan ook nog relatief jong doodgaan, ietwat ouder dan James Dean. Veertigplusser. Maar wel 27 kinderen verwekt. Als iedereen geteld is, tenminste.
Niks bescheiden zijn.
Wel zich laten gelden.
In 1903 heette hij: “een Indo van de derde generatie”.
Verhalen en uitleg
Het internet staat bol met verhalen en uitleg over de familie Dezentjé en toch is het niet genoeg voor degenen die denken hoe dan toch die man.
Ik hoop op een vuistdikke biografie, die alle licht-en schaduwzijden van hem uit de doeken doet.
Kijk met mij mee naar deze man, naar deze Johannes Augustinus Dezentjé:
- hij was een grand seigneur, met een eigen groot landgoed Ampel, ongeveer een vorst met een eigen koninkrijk.
Wel leefde hij in de tijd van de slavernij, hoe zat dat op zijn landgoed? - hij bezat min of meer een eigen leger, in Gedenkschrift van den oorlog op Java van 1825 tot 1830 lees ik de uitdrukking “de inlandsche infanterie van den Heer DEZENTJE.” Verderop staat: “de Javaansche infanterie”. Ik lees min of meer dat de manschappen gerekruteerd konden worden dankzij de goede band die hij had met de bevolking maar ik denk toch: zouden daar ook dwangarbeiders deel van hebben uitgemaakt?
- De Locomotief van 5 maart 1903 schrijft dat hij 27 kinderen verwekt en noemt drie huwelijken:
Reeds op 18 jarigen leeftijd trouwde hij een zekere juffrouw Bode, die gefortuneerd was en erfde later van de tante van zijn vrouw bovendien haar belangrijk fortuin.
Met het geld van zijn eerste vrouw begon hij het land Ampel te huren en te exploiteren.
[…] Tinus heeft een talrijk nageslacht achtergelaten, waarvan het grootste gedeelte in het rijk van Soerakarta verspreid woont, hij was drie malen wettig gehuwd geweest, het laatst met een radhen ajoe uit het Solosch hof. Van zijn 27 kinderen zijn nu nog 5 in het leven, te weten:
1 de weduwe D. Groon te Solo;
2 Johannes, Augustinus, Dezentje Jr. van Ampel, de bekende vriendelijke landheer en vriend van het Solosch hof en van alle Solosche residenten, oud-officier van het Indisch leger, de algemeene oom Tinus van het hof thans;
3 de weduwe F. Engel te Karanganom;
4 Albert Dezentje te Klatten;
5 Willem Dezentje te Karanganom.
Hier begon ik even te rekenen. Want 27 vrouwen en 3 kinderen – o nee, andersom. Dus drie vrouwen dat is per vrouw 9 kinderen. Of zouden er ook kinderen buiten deze huwelijken zijn geboren? En wie waren hun moeders?
”Een geboren Solonees, een Indo uit het derde geslacht zynde”, schrijft de krant verder in wat best een romantisch portret is. Want:
- hij had half Solo in huur, zo rijk was hij
- Prins Diponegoro was bang voor hem
- Tinus had immers “zijn eigen gedrilde troepen”, die hij in de Java-oorlog tegen prins Diponegoro inzette
Weer dat eigen leger.
In dat gedenkschrift dat ik eerder noemde, staat meer. Eerst auteur en titel: Jhr. F.V.A. Ridder de Stuers: Gedenkschrift van den oorlog op Java van 1825 tot 1830 Amsterdam: Johannes Müller, 1847
Eerst gaat het over de heer DEZENTJE, en dit is de beschrijving van een tijdgenoot:
- De Heer DEZENTJE is in de Javasche binnenlanden geboren, is de taal van het land volkomen magtig, en kent de zeden, inborst en vooroordeelen van de bevolking in den grond.
Deze hoedanigheden stelden hem in staat, om aan het Gouvernement in zeer moeijelijke oogenblikken wezentlijke diensten te bewijzen; en zoo gedurende de onlusten alle landhuurders den Heer DEZENTJE geëvenaard hadden, dan zoude menig établissement zijn behouden gebleven.
Zo: “wezentlijke” diensten. Dat is nogal wat.
Dan de gebeurtenis waar het om gaat: een slag in de Java-Oorlog. Twee legers staan tegenover elkaar.
Muitelingen – zo’n 800 manschappen.
Een colonne van het Oost-Indische leger, aangevuld met “de inlandsche infanterie van den Heer DEZENTJE.”
En: »Op deze volgden 9 Europesche hussaren en 25 Javaansche van den Prins ARIO-MANGKO-NEGORO; tusschen deze en de achterwacht waren de Madioensche ruiters geplaatst,
benevens vele bijloopers.”
Daarna volgt een uitgebreide beschrijving van het gebeurde, maar ik had al een indruk van de man. Wat ik zei: iemand die zich liet gelden. Geen last van bescheidenheid.
In hoog aanzien
Nu ga ik over op wat de Locomotief schrijft:
- Op zijn strijdros gezeten, met zijn beroemde piek Kjahi Matjan in de hand en zijn bij het Solosche hof even beroemde krissen Kjahi Slamet en Kjahi Poethoot, voor welke de overleden Soenan f 26000 bood en die nu nog in het bezit zijn van zijn kleinzoon den bekenden H. A. Dezentjé van Karanganot, den belangloozen helper van armen, den waren vrijmetselaar. Met die krissen in zijn breeden gordel voerde hij zijn krijgsmacht ten strijde, voor niets terugdeinzend,den vijand energiek aantastend en uit al zijn uiterste schuilhoeken verdrijvend, een ware ridder zonder blaam of vrees, zoo was onze Tinus.
- Zijn strijd met den ratoe Serang, die op hem een vuurpijl afschoot, werd in den ouden tijd door de inlanders te Solo bezongen. Dat hij in hoog aanzien stond bewezen de volgende feiten: steeds zat hij bij alle officieele feesten aan tafel aan de rechterhand van den keizer, daar had hij zijn vaste plaats, boven den overste; de generaals de Stuers, Nahuys en de Koek waren zijn boezemvrienden die steeds op het gastvrije Ampel bij hem logeerden;
- de oude inlanders van Semarang en Salatiga gaven hem den titel van Radja tanah Djawa en het oude Solosche hof en de vijand dien van Senopatie (voorvechter) van Ampel.
Alles even romantisch want heldhaftig. En je gaat ervan nadenken:
- dat hij voor zijn inzet in de Java-Oorlog wel onderscheidingen kreeg maar geen Militaire Willems-Orde, wat best had gekund
- wat een Indo van het derde geslacht zijnde eigenlijk is anno 1903, als de Locomotief dat schrijft, en dan bedoel ik vooral de gevoelswaarde van die uitdrukking
- of het waar is dat Louis Couperus over de Dezentjé’s schreef als de familie de Luce, in De Stille Kracht
- en dan ontkende Melati van Java altijd dat zij over de familie had geschreven in haar familieroman Hermelijn (1886), waardoor de verdenking als vanzelf bleef bestaan
Eigenlijk zou ik ook graag zien dat het leven van deze man verfilmd werd. Kan gemakkelijk. Spannend genoeg. De vraag is alleen: wie kan Tinus Dezentjé spelen?
Schrijftips
Wanneer u schrijft over familieleden in het oude Indië, is het belangrijk naar de tijd van toen te kijken. Vrijwel alles was anders dan vandaag. Voorbeeld. De term ‘ Indische Nederlander’ is relatief modern, het is dus onwaarschijnlijk dat Tinus Dezentjé zich zo beschouwde. Hoe iemand zichzelf noemt een of meerdere generaties geleden, is altijd belangrijk en ook interessant. Wilt u daar eens over praten en over het verhaal dat u schrijft, maak dan een afspraak voor een vrijblijvend telefoongesprek. Dat gaat via mijn digitale kalender, klik en kijk hier hoe dat werkt (opent in een nieuwe pagina).
Voor een kennis (anak beruntung, jeweetwelwie) heb ik gezocht naar de familie van haar oma Dezentjé.
Zij heeft indertijd contacten gehad met een familielid die haar een foto stuurde van een schilderij wat hij als kind zag in huize Ampel. ca 1940
Zie dit topic wat begint met een collage van 3 plaatjes
https://indisch4ever.nu/2017/12/10/dezentje/
Op deze collage is de middelste Tinus een foto van dat schilderij, wat verloren is gegaan (42-50?)
Het mooie schilderij links is in Nederland gemaakt in opdracht van een zoon van Tinus en ik vermoed dat de schilder de tekening rechts in de collage gebruikte.
De foto is natuurlijk het meest waarheidsgetrouw met de gezichtstrekken.
Een dramafilm zal gedramatiseerd worden, dwz met verzonnen plots en dialogen. En de nadruk leggen op meerdere vrouwen naast de echtgenote is een voor de hand liggend plot. Het leek alsof hij de stijl van de javaprinsen wilde nadoen.
Ik denk dat leerzamer voor het Nederlands publiek is zijn relatie met het vorstenhuis van Soerakarta in beeld te brengen. Het was niet allemaal zo zwart-wit in Indië. En ook diverse kinderen en kleinkinderen hadden goede contacten met de familie van de Paku Buono’s.
Welke acteur te kiezen ? Robin Block misschien ? Of Timothy Flohr die in Patria een hoofdrol had ? Misschien een zoon van Esther Scheldwacht, hij is uit een acteursfamilie.
Boeroeng
Hartelijk dank voor deze mooie reactie en wat valt er nog veel meer over deze bijzondere man te zeggen. Misschien kies ik bij nader inzien voor een docu, er hoeft weinig verzonnen te worden om het geweldig en meeslepend te maken. Maar ook de nuance hoort erbij – de afwegingen. Het wordt ingewikkelder, heerlijk!
Wat een heerlijk interessant artikel weer van je Vilan, nu over deze tijdgenoot van mijn bet bet overgrootvader te lezen, namelijk Jacobus John George Remeeus die op 15 april 1828 aan boord van het zeilend fregatschip “De Industrie” vanaf Hellevoetsluis met vrouw en dochtertje naar Indie vertrok en daar op 28 augustus 1828 in Batavia aankwam. Net als Tinus niet oud geworden, want geboren in Middelburg in 1798 en overleden te Banjoemas in 1835. Relatief jong? Ik weet het niet want op mijn wekelijkse wandeling over de makam belanda in de kebun raya te Buitenzorg zie ik op de grafstenen aan de jaartallen dat de mensen niet veel ouder werden. Mijn fantasie is wel op gang gebracht. Misschien heeft Jacobus hem wel voor bij zien komen in midden Java Tinus op zijn paard gezeten met de krissen in zijn gordel en voor hem gesalueerd als sergeant majoor. Prins Diponegoro zal vast niet ver uit de buurt zijn geweest. Wat is het toch weer super om nederlands javaanse wortels te hebben en in dit prachtige land met zijn eeuwen oude cultuur te mogen wonen. Interessant te vernemen dat de termen indisch en indo niet bestonden in de hoofden van deze tijdgenoten van elkaar. Hoe zij zich zelf zagen daar fantaseer ik vandaag graag over door. Salam manis Lodewijk
Dank voor je reactie Lodewijk, ik moedig het fantaseren zeer aan want het is meerdan zomaar dagdromen, het is gebaseerd op historische kennis en ook gevoel voor de verhoudingen toen. Dus, fantaseer en schrijf het ook op. Ik lees het graag. En ook dat relatief jong- er waren altijd ouderen, anderzijdswas de kindersterfte ook weer ellendig hoog.