Hoe begon zij? Interview met familieverhaal-schrijfster
Irene Zadojko-Houps (66) schrijft het verhaal van haar familie op. En hoe. Verschillende generaties komen voorbij, verschillende takken die in de negentiende eeuw naar Indië trokken, huwelijken, kinderen, oorlog, naar Nederland alles, alles. Straks op 15 december 2024 is de boekpresentatie. Irene en ik werken al een tijdje samen. Tijd voor een interview. Want: hoe begon zij?
- Hoe ben je eraan begonnen?
Voordat mijn vader overleed in 1999, ben ik al wat stukjes op gaan schrijven omdat ik toen al in gedachten had: ik wil er een verhaal van maken. Dat was begin 90’er jaren. Na zijn overlijden heb ik papieren van hem gevonden, waarin hij zijn levensloop had staan omdat hij dat nodig had voor de aanvraag voor de overtocht. Dat was ook een begin.
Ik had ook informatie van mijn moeder over de oorlogstijd en haar jeugdjaren. Het kwam naar me toe. Dus ik moest er iets mee.
- Toch ben je het verhaal gaan uitbreiden naar meer generaties, waarom?
Eerst wilde ik het verhaal van mijn ouders en mijn gezin beschrijven. Overzichtelijk. Maar toen kreeg ik de papieren van mijn grootouders van moederskant in handen. Daarin stond ook het een en ander over de geboorte van mijn opa op Menado. Met het doorzoeken van archieven en het afnemen van interviews met de oudere generatie kwam er steeds meer informatie, en zo kon ik verder terug gaan in de familiegeschiedenis.
Naar een medium
- Omgaan met familiegeheimen hoort erbij, hoe heb jij dat aangepakt?
Ik ben destijds naar een schrijvend medium gegaan. Daar mocht ik drie, vier vragen aan voorleggen en daarop kreeg hij dan antwoorden door. Toen heb ik aan mijn vader gevraagd of hij tevreden was over hoe ik het verhaal wilde opschrijven. Aan mijn moeder heb ik gevraagd of ze het goed vond dat ik alle details die ik op dat moment over haar leven wist, mocht noteren. En aan mijn twee overleden zussen heb ik andere vragen gesteld. De antwoorden kwamen.
Mijn vader zei: ‘Waar ben je aan begonnen? Wie is nou geïnteresseerd in die oude koek? Maar doe het maar, want ik ben wel trots op dat je het doet, dat je daar de moeite voor neemt.’
Mijn moeder zei: ‘Ik voel nog schaamte. Het waren niet de beste dingen van mijn leven. Aan de andere kant zie ik nu wel in dat dit kan gebeuren zonder dat je het echt gewild hebt. Dus ja, ga maar door.’ Mijn moeder heeft twee buitenechtelijke kinderen gekregen; over hun vaders werd gezwegen. Dat is het Indisch zwijgen.
- Maar ze gaf toestemming.
Ja. Daarna ben ik echt gaan schrijven. Toen kon het.
Maar ja, ik had ook een gezin, een baan, er kwam van alles tussen. En de schrijfcoach die ik toen had, was niet bekend met het Indische en stelde daar veel vragen over. Ik dacht als ik alles moet uitleggen, kom ik niet verder.
- En toen kwam je bij mij terecht… maar niet meteen, toch?
Jou had ik al een tijdje in het vizier, ik was bij lezingen geweest op de Tong Tong Fair maar ik durfde niets te vragen. Op een gegeven moment ben ik naar Bronbeek gegaan en daar raakten we in gesprek. Ik was net met prepensioen en ik zei: ‘Nu heb ik de tijd’. En jij zei: ‘Dat is gevaarlijk. Als mensen zeggen dat ze de tijd hebben, komt het er niet van’. Ja, en daarna heb ik je gemaild.
Het laatste jaar zit er enorm veel tempo in. Jij bent de stok achter de deur, omdat we elke maand een afspraak hadden en dan kwam ik weer verder.
“Indischer dan ik dacht”
- Kleine stapjes en dan… resultaat. Want nu is je familieverhaal bijna af. Hoe is dat voor je, om het te zien?
Heel mooi.
Niet alleen voor mezelf. Wel dat ik het verleden op papier heb kunnen zetten. Het leven van mijn ouders, hun grootouders, en daardoor ook over mijn leven. Eerst dacht ik, het zijn de familieverhalen. Al schrijvende ben ik gaan begrijpen, dat ik Indischer ben dan ik dacht.
Toen ik naar Indonesië ging was dat aanvankelijk als een soort rondreis maar dat liep anders. Ik was het niet van plan, maar ik werd aangetrokken door een kris. Van binnen wist ik, die kris hoort bij mij. In mijn boek vertel ik er uitgebreid over, ook hoe de kris mee naar Nederland kwam. Een oude oom van 90 heeft me erop gewezen dat dit mogelijk een kris is van een Javaanse voormoeder.
Door de kris ben ik eindelijk gaan zien hoe de mystiek in mijn leven aanwezig is.
Vroeger wilde ik er niets mee te maken hebben. Daarna dacht ik, alleen erover schrijven is genoeg. Maar die ervaring met de kris veranderde het. De kris veranderde mij. Ik begreep dat het mystieke ook in mij zat en altijd al gezeten heeft. Nu kan ik het aanvaarden.
De familie
- Hoe is zoiets voor de jongere generaties in de familie, denk je?
Dat loopt uiteen. Een dochter wil eerst alles lezen voordat ze naar Indonesië gaat. Dan gaat ze op rootsreis. Eerst wil ze in januari een rondreis door Azië maken. Nog niet naar Indonesië. Ik heb neefjes en nichtjes die geen interesse hebben, dat zijn de kinderen van de oom die ik net noemde. Ze zijn hier opgegroeid en weten niets van het leven van hun vader tijdens de Bersiap. Hij heeft een deel opgeschreven en dat mag ik gebruiken in mijn boek. Dus die kinderen lezen straks voor het eerst het verhaal van hun vader. Als ze het lezen. Maar nu hebben ze wel die kans, om meer te leren over de familie, waar ze ook deel van uitmaken. Dat niets-weten zie ik vaker bij de jongere generaties.
Mijn boektitel is ‘Tjoba! Vertel!’ Letterlijk: proberen, vertel. Ik vertaal het naar: Probeer, vertel.. Ik wil vertellen, doorgeven, zodat ook zij weten wat het Indische is.
De meeste familieleden, ook de jongere generaties, hebben belangstelling, en ze komen naar de boekpresentatie. Dat is spannend voor me. Het voelt ook kwetsbaar, om zo het familieverhaal bloot te geven.
- Dat snap ik wel. Helemaal als je het buiten de familie gaat brengen. Denk je daaraan?
Eerder ja dan nee. Niet alleen omdat ik hoor dat er belangstelling voor is. Ik denk dat ik met mijn verhaal een grotere groep tweede generatie kan bereiken, zodat ze begrip kunnen opbrengen voor het zwijgen over het verleden, door hun ouders. Ieder zweeg om een eigen reden, ieder heeft een eigen verhaal.
Althans, dat zou ik wel heel mooi vinden. Misschien geeft mijn verhaal wel aanleiding om hun eigen familieverleden na te trekken, in zoverre dat mogelijk is. Maar voor het nemen van die beslissing moet ik nog wel over de streep getrokken worden.
Ook een familieverhaal in de pen? Gratis online workshop!
Doe dan mee met de gratis online workshop: Hoe begin ik? En andere hoe-vragen.
De workshop is voor beginners en gevorderden die graag hun familieverhaal op papier willen zetten
Wanneer: maandag 16 september 2024 om 10.00 uur; avond-editie om 1930 uur
Waar: online, na opgave komt de technische informatie zo snel mogelijk naar u toe
Kosten: gratis
Opgeven: via het onderstaande formulier. Daarna komt er een bedankt-webpagina, dan is de mail bij mij gekomen. Ik mail u dan terug en dan weten u en ik: het komt in orde.
Er is beperkt plaats, vol is dus vol. Meer lezen over de workshop? Kan. Klik en lees hier.
Ja, ik doe graag mee met Know How, schrijf me in:
"*" geeft vereiste velden aan