schrijfcoaching Nederlands-Indie

Vijf tips bij het meedoen aan de Pelita-wedstrijd

 Pelita-wedstrijd

Heeft u het ook gezien? Pelita houdt een verhalenwedstijd, en iedereen mag meedoen. Hoera, dacht ik. Hoe meer verhalen over vroeger er bewaard blijven, des te beter het is. Ik heb voor u vijf tips waarmee u uw inzending kunt verbeteren.

Eerst de informatie over de verhalenwedstrijd zelf. Dit staat op de website van Pelita:

De wedstrijd

Op 15 augustus 1945 capituleerde Japan en daarmee kwam een einde aan de Tweede Wereldoorlog in het Koninkrijk der Nederlanden. Pelita Nieuws wil dit jaar samen met u herdenken met uw eigen verhaal of het verhaal dat u van uw (groot)ouders heeft meegekregen. Door mee te doen aan de verhalenwedstrijd met als thema ‘De oorlog dichtbij’, maakt u kans op publicatie van uw verhaal in Pelita Nieuws van augustus en u bent speciale gast van het herdenkingsprogramma in Museum Sophiahof in Den Haag op 15 augustus a.s.
Schrijft u een kort, persoonlijk verhaal van maximaal 750 woorden over een gebeurtenis of gedachte waarmee u vertelt waarom de Tweede Wereldoorlog nog steeds dichtbij is.
Twee leden van ons Comité van Aanbeveling, Reggie Baay en Adriaan van Dis, en Stefanie Hehalatu, Regiocoördinator Zuid van Stichting Pelita, vormen de jury. Zij zullen de mooiste vijf verhalen uitzoeken.
Stuur uw verhaal op uiterlijk 12 juli 2021 naar info@pelita.nl o.v.v. Verhalenwedstrijd.

Nu komen de vijf tips.

Tip 1: schrijf eerst een kladje

Wanneer u zo ongeveer weet wat u wilt schrijven, maak dan eerst een kladje. Gewoon dat u ongeveer schrijft wat er moet staan. Misschien pent u het gemakkelijkste op papier, of u tikt direct met de computer, dat maakt niet uit. Maar ga niet zitten en denken: nou moet het en goed ook. Dan zet u zichzelf onder een te hoge druk.
Gewoon eerst een kladje maken.
Dan kijken: waar kan het beter.
Daarna herschrijven. Dagje laten liggen. Nog een keertje schaven.

Tip 2: Hou het klein

U ziet dat u maximaal 750 woorden mag insturen. Dat is nog niet eens zo’n anderhalf kantje. Die begrenzing betekent dat u niet alles kunt vertellen over de oorlog, maar dat u beter een klein onderwerp kunt kiezen.
Dus niet: alle interneringskampen
Maar wel: die ene dag die u altijd bijblijft
Eigenlijk is die ene dag ook al een groot iets, maar u snapt wat ik bedoel.

Tip 3: Alle zintuigen doen mee

Een verhaal is meer dan een opsomming van gebeurtenissen. Dus niet de hele tijd en-toen, en-toen, en-toen. Probeer alle zintuigen aan bod te laten komen. Waar mogelijk, zeg ik erbij. Het moet geen kunstje worden maar een waardevolle bron van informatie. Misschien is het voor lezers interessant om te weten hoe het ergens rook, beschrijf de smaak van iets, hoe het voelt, of weer anders. Denk ook aan dat andere zintuig: van het weten dat niemand begrijpt maar toch zo is.

Tip 4: Kies een perspectief

Het perspectief dat is de ‘ik’in het verhaal. Degene die alles meemaakt. Dat kan letterlijk een ik-persoon zijn: ‘Ik was vier jaar toen…’
Het kan ook een andere persoon zijn, ik neem als voorbeeld het perspectief van een ouder: ‘Mijn oudste kind was vier jaar toen…’ Misschien kunt u vanuit een ander perspectief iets over uzelf vertellen.

Tip 5: Let op uzelf

Schrijven over de oorlog kan moeilijk zijn. Eens interviewde ik een veteraan over zijn tijd in Indië en hij raakte bij het voorgesprek vol emotie. Dus ik vroeg, waarom hij dit toch wilde. Hij antwoordde: “Om mijn hart leeg te maken.” Daarbij kan schrijven ook helpen. Maar u hoeft niet iets op te rakelen waarvan u eigenlijk al weet dat u er nachten van wakker ligt. Probeer dan een lichter onderwerp te vinden, dat wel lukt.

Mailen

Hopelijk heeft u hier iets aan. En als u u iets af heeft en denkt ‘Ja, is het wat of niet’, dan kunt u het altijd aan mij mailen. Van mij krijgt u een eerlijk antwoord en als uw verhaal beter kan, dan zeg ik ook hoe dat zou kunnen. Ik ben benieuwd.

Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken. Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

Heeft uw voorvader een Militaire Willemsorde? (praktisch)

voorvader

Soms krijg ik een mail met een klassieke vraag. Dan staat er: “Ja, iemand van onze familie heeft een Militaire Willemsorde maar ik weet er zo weinig van.”
Snap ik.
Wat te doen?

Nationaal archief

Grote kans dat het antwoord in het Nationaal Archief ligt. Daar zijn dozen vol Koninklijke Besluiten, bewaard op jaar, dag en nummer, en getekend door de vorst zelf.
Destijds kreeg iemand een Militaire Willemsorde toegekend door zo’n Koninklijk Besluit. Het spannende is dat er bij zo’n Koninklijke Besluit bijlagen kunnen zitten, met voor en tegens bij het besluit of met een toelichting. Dus als ik zelf op zoek ben, wil ik altijd even het Koninklijk Besluit zien.
Wat ook kan: informatie opzoeken in het Archief van de Kanselarij der Nederlandse orden. Dat kunt u hier zien: klik en kijk.

Zelf zien

Online is gemakkelijk. Zelf naar het archief gaan is even een stap maar wel interessanter. Wat moet u doen om zo’n Koninklijk Besluit in te zien? Ik was deze week in het archief en dacht, weetjewat, ik maak een video en een stappenplan.

Stap 1: verzamel de feiten

Dus: in welk jaar kreeg uw voorvader de Militaire Willemsorde?
Weet u dat niet, zoek dan in Delpher.nl op zijn naam. Grote kans dat er een vermelding staat. Lukt het niet, raadpleeg dan de zoekhulp van het Nationaal Archief voor het KNIL periode 1815-1950: klik hier en lees.

Ook even kijken bij de Kanselarij die ik noemde.

Idealiter heeft u hierna ontdekt: het jaar, de dag en het nummer van het Koninklijk Besluit.

Stap 2: maak een account aan

Op de website van het Nationaal Archief maakt u een account aan. Wel uw eigen naam gebruiken, dus geen fantasienamen als Beertje27, want straks gaat u op basis van die naam in de studiezaal zitten. Klik hier voor de website.

.

Stap 3: stukken aanvragen

Heeft u een account, log in en tik in het zoekscherm: kabinet des konings. Dan ziet u dit:

voorvader

Hierin zoekt u het jaar op waarin het Koninklijk Besluit is genomen dat u wilt zien en en u klikt het aan. Dan krijgt u dit scherm:

voorvader

U kunt dus hier beslissen wanneer u naar de studiezaal gaat. Van de aanvraag krijgt u een email, dus dan weet u zeker dat het gelukt is.

En ja, dan gaat u naar Den Haag om de stukken zelf in handen te nemen. Dat is een historische sensatie van de bovenste plank: echt die mooie oude stukken aan te raken en de ondertekening van de vorst te zien. Dat stevige papier. Die dunne zwarte inkt.

(tekst gaat door onder video)

https://vimeo.com/562125126%20

Oja. Voordat u naar de studiezaal gaat, maken ze aan de balie een pasje voor u. Dan moet u op de foto en er staat een webcam klaar. U weet het nu, dus u schrikt straks niet. De eerste keer wilde ik niet maar ja het moest, en op dat pasje stond dus een foto van een boze mevrouw en dat was ik. Zo leert de mens.

Nog een bonustip. U mag stukken fotograferen zonder flits. Het beste resultaat krijgt u niet met een telefooncamera, maar met een echt fototoestel. Neem een reservebatterij mee.

Blijf op de hoogte

Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken. Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Drie tips om herinneringen door te geven.

levensverhaal

Ga naar de bovenkant