Latah, wat is dat? Ik hoorde het woord, ging op onderzoek en smolt van mededogen. Want het is een aandoening, een belastende ook, die vooral bij inheemse vrouwen voorkwam. Bij schrik gaan ze geluiden nadoen en woorden nazeggen: echolalie.
Het beeld
Ik hoorde ook verhalen over: vroeger in Indië mochten we de baboe niet laten schrikken, dan werd ze latah. In romans las ik erover: dat expres laten schrikken, dat plagen, dat pesten, die arme mensen. En in het Geneeskundig tijdschrift van Nederlandsch-Indië van 1895 kwam ik een inzichtgevend artikel tegen: ‘Iets over het zoogenaamde “latah”, een in Nederlandsch-Indië voorkomende neurose’, geschreven door P.C.J. van Brero, dan de tweede geneesheer aan het krankzinnigengesticht te Buitenzorg. Hij schrijft:
- Onder ‘latah’ verstaat men in Indië een ziektebeeld, waarbij door de betroffen persoon bewegingen uitgevoerd en klanken voortgebracht worden, geheel tegen den wil van die persoon.
- Deze bewegingen, die worden voorafgegaan door of vergezeld van onsamenhangende klanken of woorden, meestal gebruikelijke uitroepen, ontstaan na voorgedane bewegingen of door bevelen van andere personen.
- Zij ontstaan eveneens bij het laten schrikken van zulke lijders; soms is een blik, vergezeld van een hoofdbeweging, voldoende, om dezen lijders enkele klanken te doen uitroepen.
Het beeld laat een grote kwetsbaarheid zien. Je bent overgeleverd aan de anderen, die wel of niet voorzichtig met je omgaan.
En mensen zijn soms wreed, ze kunnen er vermaak in vinden om een ander te kwellen. Dat wist ook M.T.H. Perelaer, schrijver van Het kamerlid van Berkenstein in Nederlandsch-Indië (1888). Daarin las ik:
- “Ik heb nooit van dien toestand gehoord,” betuigde Van Berkenstein.
- “Toch komt hij niet zeldzaam voor, maar is geheel en al op Java inheemsch. Ik heb wel eens door geneesheeren hooren beweren, dat die ziekte nergens anders aangetroffen wordt. En een ziekte is het werkelijk; want die toestand neemt hand over hand toe, en er komt een tijd in het leven der patiënte, dat de geringste beweging van ieder, die haar ontmoet of dien zij ziet, haar onder den invloed brengt en haar tegen wil en dank tot navolging noodzaakt.
- Is de ziekte zoo ver gevorderd, dan is zoo’n arm wezen tot niets meer geschikt; want bij de geringste aandoening werpt zij alles, wat zij in handen heeft, al ware het ook een kind, op den grond, om de waargenomen beweging na te bootsen.”
- “Hoe is de naam dier ziekte?”
- “Vraagt gij den technischen naam, dan zult gij u tot een man van het vak dienen te wenden. Bij Inlanders evenwel heet die ziekte „latah” . (pag 54-55)
De praktijk
Zo’n man van het vak was dus de arts P.C.J. van Brero, die het artikel schreef. Maar ook hij gebruikt de term latah. Interessant is zijn waarneming: “Deze ziekte wordt in Indie vooral bij inlandsche vrouwen, soms bij Indo-Europeesche, zelden bij mannen en vreemde Oosterlingen aangetroffen.” Daarna beschrijft hij enkele ziektegevallen die hij in zijn geneeskundige praktijk aantreft. Vaak zegt een patiënte dat een moeder of tantes ook latah zijn, er kan dus een erfelijke factor zijn. Het is gissen, geeft de arts toe. Een hard bewijs van ontstaan is er niet.
Nu wat meer uit zijn praktijk. ik citeer uit het eerste ziektegeval:
- Geval I. Een Soendaneesche vrouw, naar schatting 45 jaar oud, met slappe, fletse gelaatstrekken. Ook het overige onderhuids-en spierweefsel is slecht ontwikkeld.
- Voorgedane bewegingen en gegeven bevelen worden bijna onmiddellijk nagebootst of uitgevoerd, en daarbij enkele onsamenhangende geluiden uitgestooten. […]
- Het intellect is goed gebleven; haar beroep, n.l. dat van keukenmeid, oefent zij tot tevredenheid harer meesteres uit, indien zij niet geplaagd wordt, wat nog al eens voorkomt.
- [..] Haar lijden, dat volgens haar zeggen van ruim een half jaar geleden dateert, schrijft zij toe ontstaan te zijn uit droomen.
De arts zoekt tevergeefs naar oorzaken. De patiënte gebruikt geen opium of alcohol. Alleen rookt ze. Ze is niet hysterisch, lijdt niet aan epilepsie. Haar grootmoeder is ook latah.
Maar op die droom-verklaring gaat hij niet in. Dat is jammer. Eens te meer omdat een andere patiënte het ook noemt.
Het is dokter Van Brero niet mogelijk om precies te verklaren waarom iemand latah is. Het is een verzwakking van de wil, meent hij. Misschien is er een erfelijke factor. En genezen… De dokter meldt: “Een bepaalde therapie schijnt niet te bestaan, ook niet bij de inlanders bekend te zijn.”
Kassian, wat moeilijk. Je weet dat je latah bent, en daarmee kwetsbaar voor anderen. Alleen met wilskracht valt het te onderdrukken, schrijft de dokter nog, maar dat is een probleem apart. Niet iedereen heeft genoeg wilskracht.
Ik ben benieuwd naar wat u weet over latah, misschien zijn er herinneringen of overgeleverde verhalen. Ze zijn welkom in de reacties.
Praat met mij
Als u over familie in de oude Indische tijd schrijft, dan hoort daar ook kennis van de historie bij. Zo wordt uw verhaal beter en interessanter om te lezen. Werkt u aan een levensverhaal? Praat met mij:
- voor vrijblijvend advies over historische bronnen, zodat u meer informatie vindt
- over de opzet van uw project, zodat u het meteen goed aanpakt, dat scheelt enorm veel tijd en hoofdpijn
- maak een afspraak voor telefonisch overleg via mijn digitale kalender: klik hier en kijk hoe dat gaat.
Wanneer er een nieuw artikel verschijnt, mail ik een berichtje aan degenen die zich hebben ingeschreven. Dan hoeft u niet te zoeken. Inschrijven kan door op het plaatje te klikken. Dan krijgt u meteen een ebook cadeau: Hoe begin ik? 5 gouden tips waarmee het altijd lukt
Tjah..na het lezen van je artikel over het verschijnsel latah, moet ik toch tot mijn schande erkennen dat ik me als jongen schuldig heb gemaakt aan het plagen van een van onze baboes die latah was. Hoewel we steeds weer van mijn moeder een standje kregen als we dat deden, gebeurde het soms toch. Ze was al wat ouder en eigenlijk een heel erg lief mens. Als je haar liet schrikken kwam er een stroom van erg scabreuse woorden. Helaas tot hilariteit van mij en mijn jongere broer. Als haar plotseling en onverwacht een rare opdracht gaf voerde ze die onmiddellijk uit. Zo liep Oerip (zo heette ze) op de emperan ( de half overdekte gang die van de achtergalerij naar de bijgebouwen liep) met een stapel borden. Ik riep: Oerip, boewang! (Oerip, gooi weg!), waarop ze borden van zich af gooide. Natuurlijk kregen we van mijn ouders behoorlijk op ons donder. Ik denk dat we helaas niet de enige belhamels waren in Indie die dat flikten bij iemand die latah was.. Dit is natuurlijk geen excuus voor een streek die niet door de beugel kon.
De wijsheid komt met de jaren Evert. En ik ben blij dat je je verhaal hier deelde.
Lata (of latah) is een vorm van Gilles de la Turette. In Indonesië komt deze vorm van klakkeloos naäpen regelmatig voor bij vrouwen, vooral uit de primitieve bevolkingsgroepen.
Degenen die ‘lata’ zijn hebben de onbedwingbare neiging om mensen of dieren na te apen. Zij gaan hierbij heel ver. Bijvoorbeeld, als zij iemand horen stotteren dan zullen zij dat eveneens doen. Niet om die andere te kwetsen, maar gewoon als een soort reflex. En zij zullen daar niet eerder mee ophouden dan wanneer die andere, die zij nadoen, uit hun omgeving is verdwenen.
Toen wij in Indië woonden had mijn tante een oudere baboe, huishoudelijke hulp, die lata was. Haar zoon, mijn neef Joppie, die zelf een mank liep (liep scheef vanwege een te kort been), was in die tijd erg bewust van deze aandoening van de baboe.
Op een dag ving hij een grote kikker. Daarna lokte hij de baboe naar de achtertuin en liet toen die kikker los vlak voor haar voeten. Die arme vrouw schrok enorm. Maar toen zij die kikker zag wegspringen slaakte zij een luide kreet “ètottottottóóóóótttt…”, en ging op haar hurken, in haar sarong, springend achter die kikker aan. Die arme oude vrouw blééf op haar hurken rondspringen tot ze erbij neerviel! Joppie lachte zich rot… Gelukkig kwam mijn vader op dat moment de tuin in en die gaf hem behoorlijk op zijn sodemieter!
Die arme vrouw…